Er staat nogal wat in, ik pak hier alvast een paar dingen. Wellicht is het een discussie waard.
Stevige binnenkomer. Als ik het hele artikel lees, dan lijkt het erop dat de figuur Jezus is samengesteld uit vele figuren die rond het jaar 0, of liever 100 jaar daarvoor hebben geleefd. Voorts heb ik de indruk dat het artikel gedegen in elkaar zit, wel heb ik wat moeite met het soms wel erg zweverige theosofische gehalte van sommige passages. Ik zweef bijna achter mijn computer vandaan 8)David Pratt schreef:De levensgeschiedenis van Jezus zoals weergegeven in de vier evangeliën van het Nieuwe Testament is in wezen een fictief verhaal.
Ok zeg ik dan, veel inconsistenties en belangrijke tegenstrijdigheden. Wel is er op basis van dit wankele fundament een absolutistische geloof ontstaan dat vooral in de VS veel invloed heeft en via talloze processen probeert om hun gedachtegoed de universiteiten in te persen. Ze zouden dit artikel eens moeten lezen.David Pratt schreef:Alleen in de vier canonieke evangeliën en enkele andere nieuw-testamentische geschriften is het nu orthodoxe verhaal van Jezus te vinden. De evangeliën waren echter grotendeels geschreven in de 2de eeuw, hebben talloze wijzigingen en aanvullingen ondergaan, en bevatten belangrijke tegenstrijdigheden en inconsistenties. Hun tekortkomingen worden door zowel christelijke als niet-christelijke geleerden erkend. Sommige theologen zijn nu bereid niet alleen de maagdelijke geboorte en wonderen in twijfel te trekken, maar ook de veel fundamentelere leer van de opstanding.
Paul Verhoeven de cineast maakte ooit deel uit van het 'Jezus Seminar', http://en.wikipedia.org/wiki/Jesus_Seminar Pratt: In de jaren 80 van de vorige eeuw werd het Jesus Seminar, een groep vooruitstrevende bijbelonderzoekers werkzaam in Californië, gevormd; het heeft een belangrijke rol gespeeld bij het aantonen van de onbetrouwbaarheid van de vroegchristelijke verslagen. De leden ervan geloven dat Jezus in de eerste plaats een wijze was die onderwees dat het koninkrijk van de hemel binnenin ons is.
Al lezend bekruipt me het gevoel dat met dit materiaal een uitstekend script voor een boek of film is samen te stellen, Dan Brown zou daarmee behoorlijk in de schadus gesteld kunnen worden. Feiten en fictie wisselen elkaar af in een stevige cadans. Of misschien dit: zijn feiten en fictie zo door elkaar heen geroerd dat geen enkel of juist elk verhaal er wel invloed op heeft gehad.
In de Talmud wordt een figuur beschreven die Pratt als behoorlijke kandidaat voor Jezus ziet. Ik zet het even hier neer.
David Pratt schreef:De Talmud bevat een aantal passages die verwijzen naar een bepaalde Jeshu (of Joshua) ben Pandera, die rond 100 v.Chr. leefde. Jeshu zou de leerling zijn geweest van Joshua ben Perachiah, die zeker een historische figuur was; hij was een van de meest vooraanstaande rabbi’s van die tijd. Tijdens de vervolging van de Farizeeën door Alexander Jannaeus, die rond 94 v.Chr. begon, vluchtte Joshua ben Perachiah met Jeshu naar Alexandrië in Egypte, waar Jeshu magie zou hebben geleerd. Jeshu wordt omschreven als een geleerde, maar werd om zijn ketterse neigingen uit de school gezet waarvan Joshua de leiding had. Hij werd een religieuze leraar, had een aantal leerlingen, en predikte voor gewone mensen. Hij werd ervan beschuldigd tovenarij te beoefenen, Israël te bedriegen en het volk van God te vervreemden. Na te zijn berecht en veroordeeld, werd hij gestenigd tot hij stierf en zijn lichaam werd vervolgens opgehangen als een waarschuwing voor anderen.
Tot zover voor nu, er staat nog veel meer in, ondermeer over de dode zeerollen, fouten in de vertaling van Jezus de Nazarener in Jezus van Nazareth (ik zet het hier even heel kort-door-de-bocht neer).David Pratt schreef:De Talmud spreekt ook over een man genaamd Ben Stada (‘een afvallige’), die soms staat voor Jezus, hoewel een van de passages aangeeft dat hij rond 100 n.Chr. leefde – bijna 200 jaar na de dood van koning Jannaeus. Dit mag echter niet worden gebruikt als een excuus om de hele rabbijnse traditie over Jezus als niet historisch en onbetrouwbaar te verwerpen, vooral omdat Ben Stada oorspronkelijk een afzonderlijke figuur lijkt te zijn geweest die later werd verward met Jeshu.
Mijn indruk: versterkt wordt bij mij het gevoel dat de schriftuur waar het christendom zich op baseert een grote verzameling vertellingen en half reeele figuren betreft die men in een mooie verpakking heeft willen aanbieden. Een sprookje heeft vaak nog een vaste structuur, hier tuimelen de inconsitenties over elkaar heen.