Het was altijd weer boeiend om met hem te praten en vooral om naar hem te luisteren. Zó boeiend, vond ik zo nu en dan, dat ik er aantekeningen van maakte. Die aantekeningen gingen in een map en die map zat in een tas, samen met andere mappen vol samenvattingen en overzichten en die tas is op een dag gestolen. En dat was toen heel een zwarte dag, want die tas was in mijn ogen goud waard. In de ogen van de dief ook, denk ik.
Door 'toeval' krijg ik (helaas maar) stukken van een artikel onder ogen over ene Balagagangadhara, ook een Indiër. Hij was (misschien: is nog) prof aan de universiteit van Gent en thuis in de natuurwetenschappen, de wijsbegeerte en de vergelijkende cultuurwetenschappen. En hij zegt dingen, die ik me van 'mijn' Indiër denk te herinneren. Bijvoorbeeld: 'Zingevingsvragen zijn zinloos' en: 'Wat hier (in het Westen) voor oosterse religies wordt gehouden, is eigenlijk niet meer dan een verzinsel van westerse professoren' en nog eentje: 'De meeste godsdiensten uit Azië zijn geen godsdiensten'.
Krasse en wat 'vreemd' aandoende beweringen.
![Confused :?](./images/smilies/icon_e_confused.gif)
Het zal wel bij een oosterling horen, maar Balu probeert zijn ideeën duidelijk te maken met het volgende (allegorische) verhaal: 'Een Indiër komt voor de eerste maal in deze omgeving om van nabij de westerse volkeren te bestuderen. Hij is vertrouwd met de religie uit zijn eigen land en veronderstelt DUS dat er ook hier wel zoiets zal bestaan. Hij trekt rond en beschrijft het volgende: De mensen in Europa hebben tempels waar goden verschijnen. Voor ze naar zo'n tempel gaan, wachten ze op een bepaalde plaats en laten zich door een bus naar de tempel vervoeren.
Enige tijd later nuanceert hij zijn waarnemingen: De rituele verplaatsing is niet beperkt tot de bus, afhankelijk van de kaste gaan de inwoners ook te voet, met de fiets of met de auto.
En er is niet één god, er zijn vele goden.
Weer later weet hij te melden dat de mensen met de goden spreken en dat ze het ritueel onderbreken om iets te eten en te drinken.
Balu: "Weet je wat hier wordt beschreven? De gewoonte van de westerse mens om naar de bioscoop te gaan. Stel dat je driehonderd jaar of langer het waargenomene als godsdienst of religie hebt beschreven, dan is het nadien amper tot niet mogelijk te geloven dat het helemaal niet om godsdienst of religie gaat.
En dit is een analogie met wat Europa met Azië heeft gedaan. Het hindoeïsme, het boeddhisme, het shintoïsme en het confucianisme zijn als zodanig aan de westerse universiteiten en nergens anders gecreëerd. Wetenschappers hebben de oosterse cultuur namelijk in hun eigen referentiekader geduid en oosterse fenomenen, die tot heel andere domeinen behoren, tot één westers beeld samengebracht. En dat beeld is vervolgens ook nog eens naar Azië geëxporteerd". Het Westen heeft altijd gelijk!
Hoe komt het toch dat mensen zo moeilijk hun eigen denkkader verlaten? Voor Balu is het schier onuitroeibare bijbels beeld van een door God gesloten verbond tussen God en de mens verantwoordelijk voor de veronderstelling dat het zoeken naar God in iedere mens is ingebouwd.
Balu: "Maar dit uitgangspunt houdt alleen maar steek als je veronderstelt dat de kosmos iets is waaraan je een betekenisvraag kunt stellen. Iets heeft alleen betekenis als het die betekenis heeft meegekregen, als die betekenis de uiting is van iemands wil.
Heb je je al eens afgevraagd wat je' leven' betekent ? Als er geen betekenisvraag mogelijk is? Heeft het dan zin te vragen: 'Wat is leven'? Stel dat ik je vraag: 'Vallen groene ideeën snel in slaap'? Dan zeg je dat dit een absurde vraag is. Ideeën slapen niet en hebben ook geen kleur, dus is de vraag naar het snel inslapen van geen enkele betekenis.
Misschien is de vraag 'Wat betekent mijn leven'? wel even absurd. Het is niet zo dat een vraag zinvol is omdat je hem kunt stellen".
De vraag hoe de wereld is ontstaan kun je beantwoorden met: 'geschapen' of: 'uit de Big Bang' of: 'door de evolutie'. Maar dat antwoord maakt het ontstaan en bestaan van de wereld niet per se zinvol. De oorzaak van de wereld geeft nog geen zin aan dit alles. Een Aziaat leeft in het volle besef van het absoluut zinledige. Hij begrijpt van dit alles niets en houdt zich dus ook niet met absurde vragen bezig. Hij kan moeilijk vatten wat het zou kunnen betekenen dat de wereld een plan zou uiten. Dat is voor hem niet vatbaar. Het is immers een vraag die een wil, iets als een God veronderstelt, en dat idee heeft een Aziaat niet. Want God 'zegt' hem niets.
Gevraagd naar de gelijkenis met atheïsten, zegt Balu: "Europese vrijzinnigen zijn in mijn ogen priesters op hun kop. Het zijn als atheïsten vermomde theïsten. Ze gaan ervan uit dat er zingevingvragen zijn, maar dat ze de antwoorden niet kennen. Ze krijgen God niet uit hun hoofd. Als je atheïst wil worden, hoor je buiten de godsdienst te staan. Niet alleen moet je op een andere manier gaan leven, je vroegere manier van leven moet ook totaal onbegrijpelijk en absurd voor je zijn. In Europa wil dat zeggen dat je de dominante cultuur daar zinloos vindt. Dat je in feite voortdurend vragen hoort als: slapen groene ideeën snel?
Stel dat een vrouw aan kanker sterft en dat je je afvraagt: 'Waarom moest dat gebeuren'? Een gemiddelde Indiër antwoordt dan: omdat kanker een dodelijke ziekte is. En andere vragen stelt hij zich niet. Toen ik hier net woonde, vond ik al die waarom-vragen zeer ongewoon. Wat bedoelen ze hier toch mee, vroeg ik me af. Ik vond het zelfs grappig.
Europeanen zijn allemaal opgegroeid in het kader van religies. Professor Balu vindt daarom ook dat religieus atheïsme in Europa amper kan bestaan. "Dat verkoop je om populair te worden, maar ik geloof niet dat iemand hier een beleving heeft waarin geen enkel spoor van een God is achtergelaten". Europeanen zijn altijd bezig met willen begrijpen. En ze interpreteren andere culturen vanuit dit uitgangspunt. Aziaten willen precies dat begrijpen uitschakelen. Ze streven naar onthechting. Hun cultuur is meer de wereld zien als een samengaan van onbegrijpelijke fragmenten en verschijnselen en minder één, reeds voltooid, groot en samenhangend geheel, want… het is tóch niet te begrijpen hoe groot, samenhangend etc.
Ik vroeg aan 'mijn' Indiër: "Mág alles dan geen zin hebben"? "Jawel, zei hij, maar die zin zul je er zelf aan moeten geven".
Dan heb ik – als hij het goed zou zien – nog een en ander te doen. Toch wel een aparte, andere denkwereld! Wat nu? Allemaal 'kwak'!!!? Of… tóch niet?
Zijn hier 'Balu-kenners'?
Groeten.
Fons.